Z
a
k
k
e
n
d
e ogen.
Neerdalend ontmoeten zij
mij;
vermoeid en uitgeput.
Verlangd naar een honderdjaar durende slaap
heb ik geen bezwaar
noch lust
om te strijden tegen mezelf.
Zwak ben ik die wil leven
! gelukkig leven !
in mijn onbestaand utopie van
schoonheid en voldaan zijn.